INTERVIEW JAAP ZIELHUIS
THE ROAD TO MARSEILLE
Als watersportliefhebber en partner van het Watersportverbond, volgt Honda Marine Benelux TeamAllianz Zeilen op de voet. We hebben genoten van de prestaties in Tokyo en kijken uit naar de Olympische Spelen van 2024. We kunnen ons hiervoor geen betere gesprekspartner wensen dan hoofdcoach Jaap Zielhuis.
Terugkijkend naar de Spelen van 2021 in Tokyo: een jaar uitgesteld door corona en uiteindelijk drie medailles gewonnen, waarvan één gouden. Hoe kijk je terug op die Spelen? “Met gemengde gevoelens, hoewel dat niet positief klinkt. Als relatief klein land zijn we heel blij met drie medailles en onze derde plek in het medailleklassement. Maar we gingen er naartoe met een ploeg van wereldkampioenen, we gingen voor meer medailles en we waren er eind februari 2020 helemaal klaar voor. Door corona moesten we veel aanpassingen doen. We waren in de voorbereidingen uiteindelijk heel erg aangewezen op de trainingen, de grote wedstrijden gingen allemaal niet door. Tijdens die trainingen zijn goede trainingspartners essentieel. Precies in de klassen met sterke Nederlandse trainingspartners hebben we medailles gehaald, maar waar we afhankelijk waren van buitenlandse trainingspartners kwamen we tekort. Daarnaast hebben we in voorbereiding op de Spelen van 2021 steeds gestreefd naar de ideale set-up met accommodatie, gym en eten. Daarin zijn we wat naïef geweest. We hadden ons misschien meer moeten voorbereiden op het donkerste scenario – waar we uiteindelijk ook mee te maken hebben gekregen– namelijk dat de Spelen weliswaar doorgaan, maar dat er verder niets kan. We kwamen uiteindelijk pas een week voor aanvang van de Spelen in Japan aan, terwijl we heel lang hebben gedacht dat we daar nog twee maanden zouden kunnen trainen. Corona is geen excuus. We hadden er alleen beter mee om kunnen gaan.”
Voelen de voorbereidingen voor de volgende Spelen in Frankrijk in 2024 relaxter nu corona op de achtergrond is? Of houden jullie er toch nog rekening mee? “Ook al hebben we nu te maken met een kortere Olympische cyclus – de Spelen zijn al over 2,5 jaar – we hebben best nog even tijd, dus we gaan uit van het ideale scenario. We zijn al een aantal keer in Marseille geweest, waar straks gezeild zal worden en we hebben al een goede plek aan het water gevonden, waarvandaan we regelmatig zullen trainen.”
Kun je al iets vertellen over de ploeg die straks naar Marseille gaat? “Er begint zich een beeld te vormen, maar niet alles is ingevuld. Er zijn tien disciplines, maar als we op alles in zouden zetten, zouden we over al die disciplines negentig procent kunnen geven en dat is niet genoeg voor een medaille. We gaan dus keuzes maken, zodat we in minder disciplines wel de volle honderd procent kunnen geven. Zoals het er nu voor staat, zijn de vijf klassen waarin wij denken dat we echt mee kunnen doen voor de medailles IQFoil Mannen, IQFoil Vrouwen, 49er, 49er FX en ILCA 6. In deze klassen hebben we serieuze talenten, die we een op-en-top programma kunnen bieden om die medailles te behalen.”
En de overige klassen blijven vooralsnog thuis? “Zij kunnen zich wel plaatsen voor 2024 en we hebben ook goede programma’s, maar moeten ons nog overtuigen van medaillekansen. Mochten die nog niet klaar zijn voor Marseille, dan zien we in 2028 in L.A. wel degelijk kansen.”
Kun je iets vertellen over de doorontwikkeling van de wedstrijdboten en de ontwikkeling van de sport? “Er is een revolutie geweest de laatste jaren: de boten worden steeds sneller en met foilen komen ze ook echt uit het water. Het is spectaculairder, de wedstrijden worden steeds korter en het is heel intensief voor de sporters. Je ziet een hele nieuwe generatie sporters, die niet bang is voor snelheid en om hard te vallen. Het is veel meer een extreme sport geworden waarbij de risico’s groter zijn. Je moet bij wijze van spreken wel weten waar het dichtstbijzijnde ziekenhuis is. Wat wij qua doorontwikkeling met name interessant vinden, is de foil, de draagvleugel. Dat is het enige deel dat onder water zit en waterweerstand ervaart. We zijn constant aan het onderzoeken wat we daar nog kunnen winnen, qua vorm, oppervlaktebehandeling, stijfheid en materiaalbehandeling.”
Vragen die extreme snelheden ook om een andere manier van coachen? “Zeker, want ik houd ze niet meer bij! Ze gaan zoveel harder dan wij in onze coachboten. We willen daarom ook met drones gaan werken, zodat we de trainingen kunnen filmen en later evalueren.”
Er zijn gesprekken met Honda Marine Benelux om de huidige pk’s te verhogen en zwaardere buitenboordmotoren achter de coachboten te hangen. “Klopt, we hebben nu 60 en 80 pk’s en we zouden tot 100 kunnen gaan. Het moet natuurlijk wel veilig blijven voor de coaches. Als er grote golven staan, moeten zij behoorlijke klappen opvangen. Ze hebben daar gaandeweg wel veel in geleerd, omdat ze zo’n 200 dagen per jaar op het water zijn. Maar het zijn vooral coaches en geen volleerde schippers. De veiligheid staat voorop; dat is ook de reden dat de coachboten betrouwbaar moeten zijn. Als we er voor de sporters moeten zijn, willen we op ons materiaal kunnen vertrouwen.”
Ben je daarin tevreden over de Honda’s? “Juist die betrouwbaarheid is de reden dat we Honda’s gebruiken. We hebben nooit storingen of narigheid en dat is voor ons essentieel, want we hebben tenslotte maar één motor aan boord. Als die er op onrustig open water opeens mee ophoudt, zijn we volstrekt hulpeloos. Nog een bijkomend voordeel: de motoren zijn haast geruisloos. Dat is wel zo prettig als we moeten communiceren met de sporters.”
Mogen we kort samenvatten dat alle ingrediënten aanwezig zijn voor succes? “Ik heb veel vertrouwen in de toekomst. Maar ik houd er ook rekening mee dat we het aankomend jaar nog niet de prestaties zullen halen die we de laatste jaren gewend zijn. Dat komt omdat een aantal klassen nog nieuw is en we een jonge club moeten klaarstomen. Maar tijdens het WK Zeilen in 2023 in Den Haag/Scheveningen verwacht ik dat we er weer staan, dat is een mooie springplank richting Marseille. Er is nog veel werk aan de winkel, maar ik heb er heel veel vertrouwen in.”